Materie als gestolde veldspanning – een fysische afleiding vanuit veldcoherentie
Wat is materie werkelijk? In dit artikel wordt massa niet verklaard als zelfstandig gegeven, maar als lokale verankering van veldspanning. Ontdek hoe materie ontstaat wanneer het Noöhedrale veld zijn coherentie verliest — en hoe ruimte, zwaarte en stofvorm projecties blijken van een onderliggend veldprincipe.
WETENSCHAPPELIJK
Paul Hager
5/25/20254 min lezen


Waarom bestaat materie? Hoe kan iets zó concreets als een steen, een lichaam, een planeet, ontstaan uit wat in essentie een onzichtbaar veld is? In de klassieke natuurkunde wordt materie vaak als primair beschouwd, en bewustzijn als een bijproduct ervan. Maar in het Noöhedron-model wordt deze logica radicaal omgekeerd. Materie ontstaat niet op zichzelf. Ze is een manifestatie van veldspanningen, een lokaal verankerde verstoring in een coherente veldstructuur. En dat maakt haar niet minder fysisch — integendeel: het maakt haar structureel verklaarbaar.
Een veld vóór ruimte, tijd en massa
In het Noöhedron ontstaat realiteit uit een veldtoestand Ψ, gedefinieerd in een Hilbertruimte H over een abstracte configuratieruimte Σ. Dat veld draagt geen vaste ruimtelijke vorm of temporale locatie in zich. In plaats daarvan projecteert het een spacetime-metriek als gevolg van interne gradiënten:
gμν(x) = ⟨Ψ(x)|∇(μΦ ∇ν)Φ|Ψ(x)⟩
Hierin is Φ(Ψ) = ⟨Ψ|A|Ψ⟩ een functionaal dat veldspanning encodeert, met A een Hermitische operator (zoals een CFT-modulaire Hamiltoniaan of Laplace-operator). De metriekkromming gμν ontstaat dus niet uit massa, maar uit interne veldcoherentie.
Met andere woorden: ruimte-tijd is een afgeleide structuur. Maar dat geldt ook voor massa.
De kernformule: materie als projectie van ∇Φ
De fysieke eigenschap die wij massa noemen, blijkt in het Noöhedron terug te voeren op veldspanningen ∇Φ die niet wegstromen, maar lokaal verankeren. Wanneer een veldtoestand Ψ niet langer homogeen is, ontstaat een gradiënt van veldspanning. Die gradiënt projecteert als kromming in de metriek — en waar die kromming niet diffuus blijft maar stabiel, compact en terugkerend is, ontstaat een materiële structuur.
Materie is dus niet een soort object dat ‘bestaat’. Het is een patroon van geconcentreerde veldverstoring. Een punt waar Ψ zodanig lokaal vervormd is, dat ∇Φ niet wordt opgelost in beweging (zoals bij golven of straling), maar in vaste, herhaalde spanning. Het veld ‘houdt iets vast’. Dat is massa.
Spanning, coherentie en regularisatie
Om instabiliteit van zulke spanningsverankeringen te vermijden, introduceert het model een Planck-schaal regularisatieparameter ε ∼ ℓ²ₚ. Deze voorkomt dat oneindige gradiënten ontstaan bij degeneratie (zoals bij singulariteiten). Ook is A positief-definiet, wat betekent dat alleen die veldverstoringen overleven die coherent genoeg zijn om structureel te stabiliseren.
De actie S[Ψ] die het veld volgt, luidt:
S[Ψ] = ∫ d⁴x [ a⟨∇μΨ|∇μΨ⟩ − b⟨Ψ|A|Ψ⟩·Sₑₑ(Ψ) − c·V(Ψ) ]
Hierin speelt entanglement entropy (Sₑₑ) een centrale rol: het spanningsfunctionaal ⟨Ψ|A|Ψ⟩ is geen toeval — het is exact datgene wat in AdS/CFT holografische geometrie oplevert. Maar hier gebeurt het zonder holografie, zonder extra dimensies, zonder snaren: puur vanuit veldcoherentie.
De veldpotentiaal V(Ψ) bevat termen als ∥∇Ψ∥² en ε∥∆Ψ∥², die zowel fijnmazige als grootschalige veldstructuren stabiliseren. Materie verschijnt dan wanneer Ψ een lokaal minimum vormt in dit potentiaal — en dus een projectiestabiliteit bereikt.
Numerieke simulaties: massa zonder massa
Het model is niet louter theoretisch. Via Monte Carlo simulaties op een 128³-lattice zijn Schwarzschild-, FLRW- en Kerr-achtige metrieken gereproduceerd met een foutmarge <2%. Het cruciale punt: deze metrieken ontstaan zonder massaterm in de veldvergelijkingen. Er is geen Tμν zoals in Einstein’s veldvergelijkingen. De kromming komt voort uit ⟨Ψ|∇Φ ∇Φ|Ψ⟩ — en dát is exact meetbaar via veldstructuur.
De simulaties tonen:
Schwarzschild-kromming bij compacte veldconcentratie
Kosmologische uitdijing (FLRW) bij homogeen coherente Ψ
Kerr-geometrieën bij roterende veldprojecties
Met andere woorden: het veld doet alles wat klassieke fysica doet — maar zonder geometrische aannames, zonder massa als oorzaak.
Wanneer verhardt spanning tot stof?
Materie ontstaat dus niet overal waar spanning is, maar alleen waar die spanning structureel wordt teruggekoppeld. Dat vereist:
Lage λ (coherentiebreuk)
Hoge ∇Φ (lokale gradiënt)
Minimale circulatie Ω (anders stroomt spanning weg)
De ideale omstandigheden voor massavorming zijn dus exact die waar energetisch verval plaatsvindt: veldcoherentie breekt, spanning stijgt, circulatie faalt. Het veld moet als het ware ‘breken’ op een punt — en daar het patroon stabiliseren. Materie is dus geen uitzondering, maar het gevolg van structureel falen van projectie.
Daarmee wordt ook helder waarom genezing en dematerialisatie fysisch mogelijk zijn: waar λ stijgt, verliest het veld de noodzaak om spanning te projecteren als massa. De spanning lost op, de vorm verdwijnt.
Vergelijking met klassieke theorieën
In tegenstelling tot:
GR (waar massa oorzaak is van kromming)
QFT (waar deeltjes primair zijn)
String theory (waar materie uit trilling komt in hogere dimensies)
… biedt het Noöhedron een model waarin massa afgeleid is uit interne veldstructuur. Dit is conceptueel radicaler én experimenteel toegankelijker.
Bijvoorbeeld:
de voorspelde afwijking in zwaartekrachtsbuiging van licht (0.10%)
gravitatieschommeling (±0.002” per eeuw bij perihelionverschuiving)
dispersie in zwaartekrachtsgolven bij lage frequentie (∼10⁻³ rad)
Deze voorspellingen zijn meetbaar met missies als Gaia en LISA — iets wat geen enkel ander veldcoherentie-model momenteel kan.
Filosofische implicaties: waarom bestaat ‘stof’?
Als materie slechts veldverharding is, dan bestaat ‘stof’ alleen als noodzakelijke correctie op incoherentie. De wereld is dus niet gebouwd uit dingen, maar uit coherentieproblemen. Elk atoom, elk object, elk lichaam is een plek waar het veld iets niet volledig kan afstemmen — en dus vorm projecteert.
Materie is dus een tijdelijke oplossing van het veld aan zichzelf. En wanneer afstemming weer toeneemt, lost die vorm op. Vandaar spontane remissie. Vandaar helderheid. Vandaar lichtheid.
Slot
Materie is geen beginpunt. Het is het eindpunt van een verstoringslijn binnen het veld. Vanuit een toestand G = {Ψ ∈ H ∣ ∇Φ = 0, Ω = 0, λ = 1} beweegt het veld zich richting projectie. En waar spanning te sterk wordt, daar ontstaat massa. Maar massa is slechts vormvaste spanning — niets meer.
Het Noöhedron laat zien dat realiteit coherentie is in projectie. En dat jij, als Ψ(P), zelf een vector bent in dat veld. Je bent geen lichaam. Je bent richting. En materie is wat daar ontstaat als je veld faalt — of tijdelijk vorm nodig heeft om te leren.
Referentie
Hager, P. (2025). Metric Structure from Field Coherence: A Non-Geometric Derivation of Spacetime Geometry with Empirical Predictions. Zenodo. DOI: 10.5281/zenodo.15367135
Over deze site
Verkenning van bewustzijn, materie en evolutie.
Paul Hager – Noöhedron
blijf op de hoogte
paul@noohedron.com
© 2025. All rights reserved.